tijd nemen en ruimte geven

Wij leven met de idee dat we in de tijd en in de ruimte leven. Tijd en ruimte zijn continua waarin we terecht komen, geworpen worden bij onze geboorte en waar we uit weg gedragen worden bij ons sterven.

Tijd is iets dat je hebt, of liever waar je nooit genoeg van hebt. Tijd glipt je door je vingers, vliegt voorbij.
Ruimte is iets dat je neemt of geeft, die je voor je zelf claimt of een ander laat, die je in beslag neemt of afstaat.

We leven met de idee dat tijd en ruimte realiteit hebben los van de dingen die in tijd en ruimte verschijnen. We begrijpen dat we geen meester zijn over tijd en ruimte, maar beschikken er wel over.
Die idee is krachtig, overtuigend, logisch zelfs vanuit een bepaald perspectief, maar onjuist. Het helpt ook niet echt wanneer we ze ´a priori vormen van de aanschouwingen´ noemen. De door de ´filters´, ´poorten´ van tijd en ruimte vorm gegeven gewaarwordingen vinden nog steeds hun oorsprong in dingen die buiten ons staan. Dat die dingen dan niet langer ´Ding an-sich´genoemd mogen worden, is een mooi, maar uiteindelijk loos gebaar.

Kennis (en kennis betekent altijd: manipulatieve kennis) veronderstelt dat we de dingen isoleren, dat we ze duidelijk onderscheiden van elkaar en dat betekent dat we ze vastpinnen op tijd- en ruimte coördinaten. Dat levert een beeld op van dingen die bewegen langs die coördinaten.

Er is een ander beeld en dat zegt dat we niet in de tijd zijn, maar tijd zijn. Dat we niet in de ruimte zijn, maar ruimte zijn. Dat beeld beschouwt de wereld niet vanuit een onderscheiden-zijn, maar vanuit een niet-onderscheiden-zijn. Tijd en ruimte zijn niet de assen waarop onze differenties worden afgezet. Ze zijn niet anders dan als verschijningen, en de verschijningen zijn niet anders dan als tijd en ruimte.

Eske Mollgaard wijst op het onderscheid tussen tijd als ´occurence´en als ´occasion´:

“As occurrence the moment is part of the flow of life (sheng); as occasion the moment has taken form as some completion (cheng) that can be manipulated ….. Zhuangzi does not view time as a pro-ject aimed at a coming final completion. For Zhuangzi the occurrence of time never runs into an occasion, so there is nothing to take advantage of and nothing to hope for. ….. Zhuangzi´s notion of the unbinding implies precisely the unbinding of any occasion that can be manipulated by man and a surrender to the pure occurrence of time. Zhuangzi says that “those who cannot  unbind themselves are bound by things.”” (Eske Mollgaard, An Introduction to Daoist Thought, 65)

De mensenwereld (ren) kijkt naar de dingen in de tijd. Zodra de dingen in de tijd verschijnen, verschijnen ze ‘occasioneel’ als ding, als voorwerp, en worden we aan de dingen gebonden. Zodra de dingen als tijd verschijnen, verschijnen ze als manifestatie van leven, als leven. Dan ben je vrij van de dingen maar niet los van de wereld, want als tijd ben je wereld.

Dat inzicht werkt bevrijdend. Wanneer je je de tijd neemt het op je in te laten werken en je zelf de ruimte gunt er plaats voor vrij te maken.

Aanbevolen:

  • Eske Mollgaard – An Introduction to Daoist Thought, Action, language, and ethics in Zhuangzi